vrijdag 12 juni 2009

Heel erg bedankt!

Het was voor mezelf en velen van jullie heel erg spannend. Uiteindelijk haalde ik de negende Vlaamse zetel op dertien. De tiende was voor Ivo Belet van CD&V, de elfde voor Derk-Jan Eppink (LDD), de twaalfde voor Dirk Sterckx (Open VLD) en de dertiende voor Said Al Khadraoui van SP.A.
Ik ben tevreden met mijn resultaat: 97.036 voorkeurstemmen op een totaal van 322.149 stemmen. Voor het Vlaams Parlement halen we 278.211 stemmen. We scoorden dus Europees zeer goed.

Maar ik ben ook heel blij met de resultaten van de groene partijen elders. De Groene groep in het EP zal fors uitbreiden. In het vorige parlement zetelden 43 leden, waarvan 35 groenen. In de komende periode nu al zeker 53, waarvan minstens 46 groenen. Ook de regionalisten van de EVA deden het goed: die groeien van 5 tot minstens 7 leden. De Oostenrijkers vaardigen opnieuw twee parlementsleden af. Ecolo stijgt van 1 naar 2. De Fransen stijgen van 6 naar 14. De Duitsers van 13 naar 14. Voor het eerst zal een Griekse groene in het EP zetelen. De Luxemburgers behouden hun zetel. GroenLinks van Nederland stijgt van 2 naar 3. De Catalaanse groenen behouden hun zetel. De Zweedse groenen verdubbelen hun aantal van 1 tot 2, net zoals de Finse groenen. En de Engelse groenen behouden hun twee zetels. Bij dit alles moet ook vermeld worden dat het vorige EP 785 parlementsleden telde en het nieuwe 736. Ons soortelijk gewicht verhoogt dus aanzienlijk! Al bij al een fantastisch resultaat.

De nieuwe fractie komt voor het eerst bijeen volgende week op 16 juni. Tijd dus om even te recupereren. Maar ik kan jullie garanderen dat ik er de komende vijf jaar weer keihard tegenaan zal gaan.

Groene groeten en nogmaals: bedankt voor alle steun, elke aanmoediging en de vele gelukwensen,

Bart Staes

donderdag 4 juni 2009

Europese heffing op aandelentransacties

Speculatieve transacties en de hitsige drang naar woekerwinsten moeten worden afgeremd. Dat is één van de lessen uit de kredietcrisis. Daarom pleit ik samen met de andere groene partijen in Europa, voor een Europawijde heffing op transacties in aandelen, andere effecten en kredietderivaten. Zo betaalt de financiële sector, die de crisis heeft veroorzaakt, mee aan een duurzaam herstel. Daar wil ik me, indien herverkozen, in een volgende zittingsperiode hard voor maken.

Het testosteronkapitalisme ondermijnt de stabiliteit van Europese bedrijven en financiële markten. Bedrijven staan onder druk om hun aandeelhouders hoge rendementen te bieden. Dat gaat vaak ten koste van een solide bedrijfsvoering, werknemers en duurzame investeringen. De opkomst van kredietderivaten, zoals ongedekte hypotheekobligaties en de fictieve doorverkoop van kredietrisico’s, heeft de financiële sector gedestabiliseerd.

Het feit dat nieuwe bonusrondes in Wall Street en the City toont aan dat de financiële macho’s een aantal essentiële lessen blijkbaar nog steeds niet geleerd hebben. Enige bescheidenheid is een ontbrekende eigenschap in deze sector. De testosteron giert nog door hun aderen. Een reden te meer om als overheden en wetgevers met concrete en structurele maatregelen te komen!

Een heffing op transacties maakt de snelle, speculatieve koop en verkoop van effecten, zoals bij short selling en het overvallen van bedrijven door hedgefunds, minder aantrekkelijk. Het wordt minder rendabel om het kleinste prijsverschil te exploiteren en financiële producten eindeloos te herverpakken tot derivaten waarvan de risico’s nauwelijks meer te doorgronden zijn. Daarentegen drukt de heffing nauwelijks op beleggers die investeren voor de lange termijn. Zo draagt de heffing bij aan de stabiliteit in de financiële sector.

Transacties binnen de financiële wereld zijn onbelast. Dat is waanzin. Het is onverdedigbaar dat de bankensector en de financiële wereld, de hoofdschuldige van de huidige crisis, fiscaal bevoordeeld wordt boven burgers en ondernemers. Met een transactieheffing kunnen we de sector laten meebetalen aan de duurzame economie van na de crisis.

Een heffing van bijvoorbeeld 0,01% op alle transacties in effecten en kredietderivaten binnen de Europese Unie levert tenminste 70 miljard euro per jaar op. Die opbrengst komt ten goede aan de Europese begroting. De EU kan dan de klimaatsteun aan ontwikkelingslanden op zich nemen. Dat ontlast meteen ook de begrotingen van de lidstaten.

Ontwikkelingslanden hebben het meest te lijden onder de kredietcrisis én de klimaatcrisis. Maar de crisis maakt EU-landen huiverig om arme landen hulp te beloven voor de aanpassing aan klimaatverandering, bescherming van bossen en investeringen in duurzame energie. Als er niet snel een concreet bod van de EU komt, van minstens 35 miljard euro per jaar , dreigt de klimaattop in Kopenhagen in december te mislukken. Terwijl iedereen weet dat we een mondiaal klimaatverdrag dringend nodig hebben.

De resterende opbrengst van de transactieheffing moet de EU gebruiken voor investeringen in een duurzame, innovatieve economie. Denk aan de aanleg van een Europees supernet voor groene stroom. Dat is een typische taak voor de Europese Unie.

maandag 1 juni 2009

Mijn strijdpunt voor Europa

De Green New Deal! De groenen stellen dat wat we nu meemaken een samenkomst is van drie, met elkaar verbonden crises: een economische, een ecologische en een sociale. De groene fractie in het EP verzet zich daarom tegen het promoten van een ‘Europees herstelplan’ dat bestaat in het terug op gang brengen van het oude model.

Het pompen van enorme sommen in dat model is dus een serieus risico op het verdiepen van de ecologische en sociale crises. Dus niet domweg de vraag aanjagen om zo de productie weer op peil te brengen. Volgens de groenen moet het economische herstelplan veel groter zijn, maar vooral beter gecoördineerd, doelgerichter dan hetgeen waartoe de Europese leiders besloten. Hieraan gekoppeld is er de noodzaak om nieuwe financiële financieringsinstrumenten mogelijk te maken, bestaande financieringsbronnen te heroriënteren (Europese Investeringsbank, Structuurfondsen enz).

De groenen vinden dat de huidige aanpak niet Europees genoeg is en bovendien niet consequent gefocust is op toekomstige behoeften. Energieproductie en -voorziening zijn hier cruciaal. Verschillende eng gedefinieerde nationale plannen moeten overkoepeld worden door een Europese energiestrategie.

Het is dus eenvoudig: de bulk van de geplande investeringen moeten naar duurzame, ecologische investeringen gaan. In de eerste plaats voor alles wat met energie te maken heeft, maar niet alleen daar. Europa moet na het landbouwbeleid nu proberen zelfvoorzienend te worden wat energie betreft.

Een gezamenlijke aanpak zal meer opbrengen dan de vrije markt ooit zou kunnen: lagere energiefacturen, minder energieafhankelijkheid van staten als Rusland, minder oorlogen om fossiele brandstoffen, een rem op klimaatverandering, een betere levenskwaliteit voor burgers (minder vervuiling).

Een vergroening van de economie heeft de potentie om miljoenen nieuwe en duurzame jobs in Europa te creëren en levert een dividend dat voor iedereen van belang is, niet alleen voor een handvol aandeelhouders. De Europese Commissie raamt het aantal groene jobs vandaag al op 3,5 miljoen. 8 miljoen als je ook allerlei toeleveranciers meerekent.

Een investering van 120 miljard euro in hernieuwbare energie (1 procent van het Europese BNP) zal volgens een recente studie al ruim 2 miljoen nieuwe jobs opleveren. Een investering van 100 miljard euro per jaar in groene technologie kan in heel Europa ongeveer 5 miljoen jobs opleveren, waarvan de helft in de komende twee jaar. De volgende industriële revolutie kan niet anders dan een Groene revolutie zijn. Gezondheid!

Tegelijk moet via strenge regulering, het financiële systeem weer stabiel en betrouwbaar gemaakt worden. Ten eerste via regelgeving die een te grote concentratie van geld en macht onmogelijk maakt. Banken moeten dus weer een precieze taakomschrijving krijgen en weer dienaars van de reële economie worden. De laatste decennia was dat principe juist omgedraaid.

Er moeten internationale regels komen omtrent afdwingbare transparantie, open boekhouding en supervisie, hetgeen dus vloekt met bankgeheimen en belastingparadijzen. De regels voor financiële instellingen betreffende de solvabiliteit en het doen van risicovolle transacties moeten scherper dan die onder de Basel II afspraken. Elke financiële instelling die zich niet wil onderwerpen aan internationale regels kan gesanctioneerd worden.

Er moet een bevoegdheid komen voor de Europese Centrale Bank als Europese financiële waakhond die op die regels toeziet en ook op internationaal niveau moet er zo’n supervisor komen. Vertrouwen is goed, controle is beter.

En tot slot, de zogenaamde Lissabon-strategie, het paradepaardje van Barroso. Die strategie moet dit jaar geëvalueerd worden. Duidelijk is dat een premisse van die strategie om vooruitgang te meten, niet deugt. Want economische groei kan geen doel op zichzelf zijn. Het moet gerelateerd worden aan indicatoren rond welzijn, leefbaarheid en ecologische grenzen.