Het vlees is zwak was de titel van een boek dat ik in 1996 samen met Jaak Vandemeulebroucke publiceerde. Een boek over de staat van onze vleesindustrie, drie jaar nadat ik ook samen met Vandemeulebroucke De hormonenmaffia redigeerde. De titel verwees naar het farmaceutisch gesjoemel en chemisch gerotzooi met de miljoenen dieren tellende veestapel, de consequenties voor die dieren en de gevolgen voor de volksgezondheid. Maar de titel verwees ook naar het menselijke gedrag achter dat onverantwoorde en vaak criminele gebruik van al dan niet legale middelen: platte hebzucht, fraude en geldgewin. Gedrag dat volkomen in lijn was en is met de westerse zoektocht naar steeds hogere productiecijfers en zo hoog mogelijke kortetermijnwinsten. Nu ik de reacties lees op de nieuwe resistente ESBL-superbacterie, is het vlees nog steeds in alle opzichten zwak.
Uitgerekend Piet Vanthemsche, Boerenbondvoorzitter en dierenarts, verklaarde gisteren in de krant "een beetje uit de lucht te vallen". "Als een bepaald soort antibioticum grote problemen zou stellen, dan zullen maatregelen getroffen moeten worden."
De Boerenbondbaas gebaart van krommenaas. Als dit de correcte weergave is van de Boerenbond-reactie, getuigt dat van een schandalige vorm van negationisme. Men weet immers al jarenlang donders goed wat er speelt.
Al decennia lang worden internationaal rapporten gepubliceerd over het feit dat overmatig gebruik van antibiotica bij mens en dier leidt tot resistentie. Al decennia wordt ook specifiek gewaarschuwd dat het (preventief) gebruik van antibiotica in de veeteelt uit de hand loopt. Ook in Het vlees is zwak waarschuwden we voor het massale gebruik van antibiotica-cocktails als groeibevorderaar, hoewel dat al was verboden door een Europese richtlijn uit 1970.
Alleen UZA-microbioloog Herman Goossens toonde zich de jongste dagen terecht pessimistisch over de ontstane situatie. Hij voorziet "binnen vijf jaar een ontzettend groot probleem" als we dit niet nu aanpakken. Met de kritische noot dat "we dit zeer moeilijk onder controle gaan krijgen."
En hij staat niet alleen. De Nederlandse Professor J. Kluytmans zei afgelopen zondag in het onderzoeksprogramma Zembla: "Ik vrees dat men pas maatregelen neemt op het moment dat er echt iets aantoonbaars mis gaat. En Professor John Degener zei dat de overheid al jaren op de hoogte is van de gevaren voor de volksgezondheid door buitensporig antibioticagebruik in de veeteelt: "Er zijn meerdere rapporten en adviezen gekomen van de Gezondheidsraad. Het stapelt zich op. We worden er langzamerhand moe van."
Gidsland Nederland
In Nederland reageert de overheid alerter. Enkele dagen geleden publiceerde de Nederlandse minister van Landbouw Gerda Verburg een advies met betrekking tot ESBL in Nederland, op basis van een kraakheldere en weinig verbloemende nota van een deskundigenberaad onder leiding van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
Waar men in Nederland reageert, sust men in België en Vlaanderen: "We gaan het onderzoeken en bak uw kip wat langer." Minister van Volksgezondheid Onkelinkx zei zelfs: "Het is niet omdat het in Nederland zo erg is dat het dat bij ons ook hoeft te zijn."
Terwijl er sprake is van een antibiotica-alarm tonen de gelaten reacties in België aan dat onze overheid maar niet wil begrijpen dat er grenzen aan de groei zijn, iets wat de groene beweging al decennia zegt. Niet omdat we per se tegen groei zijn, maar omdat ongebreidelde groei op een gegeven moment op grenzen stuit. ESBL is zo'n grens. De winsten die farmaceutische bedrijven dankzij een onverantwoord intensief landbouwsysteem al decennia maken, worden afgewenteld op de gemeenschap via stijgende kosten in de gezondheidszorg.
Volgens het Europees centrum voor ziektebestrijding zijn in 2007 in Europa 8.000 mensen overleden als gevolg van besmetting met de ESBL-bacterie. Professor Kluytmans schat het aantal mensen dat in Nederland besmet is met ESBL op 1 miljoen: "Heel recent hebben we in ons ziekenhuis in Breda patiënten onderzocht op ESBL. We vonden het bij 6 à 7 procent van de mensen. Er is nu nog één antibioticum (carbapenem) dat kan worden ingezet. Maar als dat massaal gebruikt wordt tegen het resistente ESBL, komt ook daar resistentie voor, hetgeen wereldwijd al wordt gesignaleerd in ziekenhuizen en verpleeghuizen, met name in landen rond de Middellandse Zee.
Volgens RIVM-directeur R.A. Coutinho spelen ook hier weer economische belangen een rol: "Wat je moet doen, is antibioticagebruik in de dierhouderij terugbrengen. En niet alleen in Nederland, ook in andere landen." Maar: "Er zitten een heleboel partijen bij die belangen hebben, dus er moet echt iets gebeuren voordat mensen iets gaan doen. Het is een economische factor, het kost gewoon geld, er is concurrentie in de sector."
Gidsland Denemarken
Toch kan het anders. In Denemarken, een land met een grote veestapel, werkt men al vele jaren met antibioticavrije stallen. Voedselveiligheid en consument staan voorop, dierenartsen controleren de veebedrijven, de overheid controleert de dierenartsen. Onoordeelkundig gebruik van medicijnen wordt er door de overheid opgespoord en streng vervolgd. Dit Deense beleid moet Europees en wereldwijd navolging krijgen. Ik zal de Vlaamse minister van landbouw, de Boerenbondvoorzitter en mevrouw Onkelinkx eens een overzichtje van alle vakliteratuur ter zake opsturen. Dan kunnen ze niet langer "uit de lucht vallen" en hebben ze voldoende argumenten om een ander, gezonder landbouwbeleid te bepleiten. Zeker nu de discussie over het uitwerken van een nieuwe Europees landbouwbeleid na 2013 op de Europese agenda staat.
(Tekst verschenen in De Morgen van 14 april 2010)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten