vrijdag 29 mei 2009

Waarom ligt niemand wakker van Europa? En is dat een probleem?

Niemand, lijkt me overdreven. Maar de betrokkenheid bij de Europese democratie is te gering: als de helft van de Europese kiezers zijn stem komt uitbrengen is het veel.

Deels heeft dat te maken met een gebrek aan kennis en informatie, hetgeen weer samenhangt met een gebrek aan serieuze, structurele media-aandacht voor wat er gebeurt. Enkele goede uitzonderingen daargelaten willen media hun journalisten alleen maar over de EU laten berichten als er schandalen zijn.

Ik ben de eerste om - mede vanuit mijn werk in de commissie begrotingscontrole of de anti-fraude commissie - wantoestanden aan te klagen. Het was overigens de groene fractie die aan de basis lag van het wegsturen van de Europese commissie onder Santer, tien jaar geleden.

Voorts bestaat er een groeiende en deels begrijpelijke onvrede en onbehagen bij mensen, als gevolg van onzekerheid, mondialisering, migratie. En zij projecteren die onvrede op elites en op een abstract en ingewikkeld project genaamd Europese Unie. Daarnaast moeten politici ook de hand in eigen boezem steken en hun werk als Europees volksvertegenwoordiger serieus nemen en bereid zijn daarover verantwoording af te leggen.

Het klinkt opschepperig maar ik heb mijn job zeer serieus genomen: volgens verschillende beoordelingen scoor ik goed. Ik eindigde op parlorama.eu op de 41ste plaats van de 785 parlementsleden omdat ik aan 98% van de zittingen deelnam. En begin deze week eindige ik op de 7e plaats in een onderzoek van Open Europe die onderzocht hoe zij stemden en werkten op thema's als het promoten van transparantie, het afleggen van verantwoording en democratische hervormingen. Nu is Open Europe de vertolker van heel wat eurosceptische gevoelens. Daar als zevende eindigen betekent meteen dat je ook als pro-europeaan kritisch kan zijn over Europa zonder populistisch te (moeten) worden.

Tegelijk zie ik soms tandenknarsend toe hoe sommige politic - zie het schandaal in Engeland - het niet zo nauw nemen met regels en belastinggeld. Het voedt anti-politiek en een asociale ieder-voor-zich mentaliteit (die in sinds 1989 door de neoliberale storm toch al sterk vertegenwoordigd was). Dus ik denk dat politici ethiek en het dienen van een algemeen belang weer voorop moeten stellen.

Maar iedereen zijn verantwoordelijkheid: het is ronduit lichtzinnig en zelfs gevaarlijk wanneer Europese burgers makkelijk vergeten dat het Europese project een in de Europese geschiedenis ongekend lange periode van grote welvaart en vrede heeft gebracht.

De actuele paradox is dat steeds meer concepten van vrouwe Europa zoals milieubeleid en sociale bescherming overal ter wereld worden overgenomen, maar dat de Europeanen in haar boezem spugen. Of ongeïnteresseerd wegkijken. Het Europees Parlement krijgt met het Verdrag van Lissabon nog meer bevoegdheden en macht, en steeds minder mensen nemen de moeite om te stemmen. Of ze stemmen zogezegd eurosceptisch of eurorealistisch, partijen met vooral negatieve antipolitiek. In Nederland wil de Partij voor de Vrijheid van Geert Wilders (grootste in de peiling) zelfs het Europees Parlement afschaffen.

Ik zou het dus meer dan tragisch vinden als een meerderheid van de Europese kiezers niet eens de moeite neemt – en in vele landen waarschuwt men daarvoor – om naar de stembus te gaan. Het is aan ons – politici – maar ook media, maatschappelijke organisaties, wetenschappers en geëngageerde burgers om zoveel mogelijk mensen te inspireren en tegen de zelfverklaarde eurosceptici of de zogenaamde eurorealisten in te wijzen op het ongekende succes van gedeelde Europese solidariteit en vredesbeleid.

Geen opmerkingen: